Zondag, 23 september. Vandaag hebben wij een route van een dikke 200 kilometer naar Airlie Beach. We staan niet al te vroeg op en pakken een ontbijtje in het restaurant van het hotel. Vandaag dus zondag en dan is het hier blijkbaar markt in Townsville. Dat wisten wij gisteren al, omdat toen we aankwamen in het hotel al gemeld werd dat als je voor het hotel zou parkeren, je auto weggesleept zou worden. En markt zo vroeg op de morgen lijkt mij dan wel weer gezellig, dus na het ontbijt zijn wij om iets over 8en al op de markt te vinden.
Winkels zijn zo vroeg ook al open en dat nodigt weer uit tot wat shopwerk J
De markt heeft een hoog lokaal gehalte met gehaakte mutsen, tassen en de lokale jam en honing, maar is toch leuk. Zeker als ik dan ook nog in een winkel een blouse tegenkom die te leuk is om niet te passen. En verdorie zeg, past! Nou, die gaat mee naar huis.
Verder komen we nog een verkoper tegen met singletjes en Lp’s en die blijkt een aantal singles van Elvis te hebben. Leuk voor in de jukebox, dus ook mee.
Het is verder geen grote markt, dus om 9.00 uur houden wij de markt voor gezien, gaan terug naar het hotel, alle spullen mee en op weg naar Airlie Beach.
De route gaat voor het grootste deel weer over de Bruce Highway. Iedere dag hebben wij trouwens langs de weg doodgereden kangoeroes zien liggen, maar vandaag is de dag van de roadkill. Townsville is een stad met wat meer industrie en dus ook meer vrachtverkeer. En dat zijn geen kleine jongens. Je komt met regelmaat een roadtrain tegen en die mogen 53,5 meter lang zijn. Die stoppen niet voor een overstekende kangoeroe. Zo zijn ze trouwens ook uitgerust. De meeste vrachtwagens hebben voor op de wagen een bull (koeienvanger) zitten. Op de ruim 200 kilometer van vandaag hebben wij tussen de 30 en 40 dooie kangoeroes gezien….
Maar genoeg over de dooie boel, de route is ook weer een mooie route en met wat tussenstops zijn we ook alweer op tijd bij ons adres in Airlie Beach; Het Water’s Edge Resort.
Vlot ingecheckt en naar onze kamer. Nou ja, kamer kun je het niet noemen, het blijkt een compleet appartement. Kijk, komt dat effe goed uit. Het appartement is uitgerust met alle luxe en……..een wasmachine en droger. Joepi! Inmiddels reden wij rond met een koffer met vieze kleren en was er weinig meer schoon. Ook al die rommel uit de Outback en daar hangt een aardige lucht aan. Waspoeder e.d. is allemaal voorzien, dus hup in no time heb ik de wasmachine aanstaan.
En met het huishouden weer enigszins aan kant duiken we aan het einde van de middag het centrum van Airlie Beach in. Nou is Airlie Beach een nogal toeristische plaats, want vanuit hier gaan de meeste toeristen naar de Whitsunday Islands en Whitsunday Beach (het witste strand van Australië en één van de mooiste stranden ter wereld. En wij hebben deze trip voor morgen op het programma staan.
Kortom, Airlie Beach heeft een hoop souvenirwinkels en restaurants voor een vlotte, maar niet al te gezonde hap. Het is wel lekker slenteren en dan valt ons oog op de Woolworths (de plaatselijke Jumbo). En aangezien ons appartement ook voorzien is van een ruime keuken, besluiten wij vanavond niet buiten de deur te eten maar lekker zelf te koken. We slaan salade, vlees, pasta, groenten, saus, toetjes en bier in en houden het centrum verder lekker voor gezien.
Eenmaal “thuis” hebben we even met de homebase in Nederland gebeld via Facetime en de grap is dat onder het bellen (en ik sta op het balkon te bellen) er een kaketoe op het balkon landt. Werkelijk op een meter van mij vandaan. Kijk, dat is nog eens leuk facetimen J