Donderdag, 1 juni 2023 – Tunnel Creek en einde Gibb River Road (Derby)
En vandaag is het alweer de 1e juni. Wat vliegt de tijd voorbij. We gaan vandaag het mooie Bell Gorge en onze lodge verlaten en gaan aan het laatste stuk van de Gibb beginnen. We willen vroeg vertrekken want onderweg willen we Tunnel Creek nog bezoeken. Eigenlijk wilden we ook nog naar Windjana Gorge, maar de weg daarnaartoe is nog afgesloten. Maar, wat we gehoord hebben van andere reizigers is dat Tunnel Creek ook erg mooi is om te bezoeken. Om 7 uur kunnen we naar ons ontbijt. Om 6 uur laten we de wekker aflopen. Met moeite uit bed, want het is weer koud geweest vannacht en dan is uit bed komen altijd even een straf. Zeker in een verder helemaal koude tent. Maar, de zon is al op en dan wordt de kou ook al wel snel verdreven. We ruimen al onze rommel al voor het ontbijt in Les zodat we direct na het ontbijt kunnen vertrekken.
Hoppa, om 8 uur zijn we dan al aan onze route begonnen. Naar Tunnel Creek is het een 160 km. Je steekt de King Leopold Ranges over en dat is weer een belachelijk mooie route. Af en toe even stoppen om van de uitzichten te genieten en foto’s te maken.
Wallabies steken vandaag weer regelmatig de weg over, dus dat is ook wel opletten geblazen. Ik moet er niet aan denken dat we zo in onze laatste dagen nog een wallabie (of iets anders) op onze bumper krijgen. Het wordt feest op de weg als we bij wegwerkzaamheden uitgereden komen. Dat zijn de graders; die egaliseren de Gibb en dichten gaten. We moeten stoppen bij het enige verkeerslicht dat we in dagen zijn tegengekomen. Precies op dat moment komt er een konvooi met zand/gravel-wagens langs. Die komen hier lossen. Wat een machtig gezicht. Met een hoop stof komt de handel voorbij. Ik sta op de treeplank van Les om foto’s te maken. De truckers vinden dat mooi en de duimen gaan omhoog en er wordt even getoeterd. Mooi, mooi, mooi!
Als het konvooi voorbij is springt het verkeerslicht op groen en cruisen we happy verder over de Gibb. Na zo’n 100 km slaan we linksaf richting Tunnel Creek. Moeten nog een uitwijkmanoeuvre maken voor een slang en wat wallabies, en komen na nog eens 60 km aan bij Tunnel Creek. Daar de wandelschoenen aangetrokken, rugzak en waterschoentjes mee en gaan we aan onze tocht door Tunnel Creek beginnen. Want Tunnel Creek is een grot waar een beek doorheen loopt. Dat we door water moesten wisten we vooraf, maar uiteindelijk was Tunnel Creek een grote verrassing. Het is slechts een korte wandeling naar het begin van Tunnel Creek. Vanaf daar is het gelijk klimmen en klauteren de grot in. We hebben onze wandelschoenen aan en proberen die nog droog te houden. Eenmaal in de grot is gelijk weer helemaal top. Met de zon die in de grot schijnt heeft het wel wat mysterieus. Maar, we zijn er nog lang niet. We willen naar de andere kant van de grot wat inhoudt dat we de beek over zullen moeten steken. En dat wordt zwemmen. Ik ga eerst het water in op verkenning hoe diep het is. Na een paar meter kan ik al niet meer staan. Het water is KOUD. De adem wordt je even benomen als je helemaal het water ingaat. Ik ga eerst weer terug naar de kant voor een plan de campagne. Schoenen hadden we al gewisseld. Maar, net als bij de El Questro Gorge, wij hebben geen dry bag voor onze rugzak en camera. We besluiten om de rugzak, schoenen en camera hier in de grot achter te laten. We leggen onze handel achter een rots zoveel mogelijk uit de loop van eventuele anderen. Ik vind het toch wat spannend om mijn camera ‘zomaar’ achter te laten. Uit onze rugzak vissen we de diepvrieszakjes die ik van thuis had meegenomen. Je weet nooit waar die goed voor kunnen zijn. Ik sleep altijd van alles mee om maar op zoveel mogelijk voorbereid te zijn. Die komen nu goed van pas. We pakken de telefoon van Jan en de autosleutel goed in in de diepvrieszakjes en gaan dan aan de oversteek beginnen. Ik gewapend met onze zaklamp en Jan met de diepvrieszakjes. We laten ons te water en zwemmen naar de overkant. Ik begrijp het waarschuwingsbord wel; je mag hier absoluut niet in je eentje zwemmen voor het geval je onderkoelt raakt. In dit deel van de grot is het ook hartstikke donker. Met de zaklamp kun je naar een reflecterend paaltje schijnen. Dat is je baken om naartoe te zwemmen. Zonder zaklamp doe je hier niks. Eenmaal aan de overkant zoeken we verder onze weg door de grot. Stukken door water en stukken over stenen en gravel. De grot is prachtig en we zien vleermuizen. Het is een belevenis.
De grot maakt een bocht naar rechts en dan zie je weer licht aan het einde. In Nederland zouden ze in een dergelijke grot bruggetjes maken en railing om aan vast te houden. Plus, dik toegang betalen. Hier niet. Een bord bij de ingang waarbij je op de risico’s gewezen wordt en verder is het: go your own way. Zie bij de foto’s het bord met waarschuwingen: krokodillen, je kunt uitglijden, verdrinken en er kan een rots naar beneden komen. Top!
Eenmaal aan de andere kant van de grot vissen we Jan z’n telefoon uit de diepvrieszakjes. Natuurlijk willen we hier ook wat foto’s van. Op de terugweg door de grot proberen we ook foto’s van de vleermuizen te maken voordat we weer over moeten zwemmen naar de ingang van de grot. Eenmaal de oversteek gemaakt zoeken we onze rugzak weer op. Gelukkig, die ligt nog steeds verscholen achter ‘onze’ rots. Daarna klimmen en klauteren we ons weer uit de grot en zijn weer een ervaring rijker.
Eenmaal weer bij Les gooien we onze natte spullen uit. Er hangt wel een (vleermuizen) lucht aan het water uit de grot. We drogen op en eerst nog even picknicken. Daarna springen we weer in Les en gaan dan echt aan het laatste stuk van de Gibb beginnen. Eerst de 60 km terug van Tunnel Creek naar de GRR en slaan daar linksaf richting Derby. Dat is vanaf deze afslag nog 125 km rijden, maar is gelijk asfalt. Het is gedaan met het gravel. We gooien Les aan de kant en brengen de banden op spanning voor asfalt. We verlaten de Gibb River Road. De laatste 125 km gaan vlot door een vlak mangrove gebied naar de kust van Derby. Voor zonsondergang komen we bij de Derby Lodge aan. In Derby zijn we voorbij de Woolworth gekomen. Als we de rommel in onze kamer hebben, karren we naar de Woolworth voor een kleine aanvulling van onze proviand. In Wyndham hadden we nog wat voorraad ingeslagen. Volgens de beschrijvingen die we gehad hadden, zouden we bij Mt. Elizabeth voor ons eigen kostje moeten zorgen. Dat was echter niet het geval; we konden daar lekker mee-eten. Hierdoor rijden we inmiddels al 6 dagen rond met 6 verse eieren. Die zijn nog steeds heel, ondanks alle avonturen op de Gibb en 4WD tracks . In Wyndham hadden we macaroni + een pot saus verder ingeslagen, dus dat gaat hier vanavond op. Bij de Woolworth schaffen we nog brood, kaas, toetjes en wat te snacken aan. Kunnen we morgenochtend zelf ons ontbijtje doen. We hebben nl. een keuken in onze kamer.
Derby is verder geen heel spannende plaats. Paar kleine highlights om te gaan bekijken. Hier zouden we eigenlijk twee nachten blijven. Als we gegeten hebben maken we de balans op. We gaan liever een dag eerder naar Broome. Daar is van alles te zien en te beleven. Morgen ga ik bellen om te kijken dat we een nachtje langer in ons volgende hotel kunnen.
Als ik dit zit te tikken is het inmiddels vrijdagochtend. Ik heb zojuist ons volgende hotel gebeld; geen probleem, daar kunnen we vanmiddag al terecht. Kortom, wij verkassen eerder dan gepland naar Broome. De laatste etappe van onze Australië reis.